Achter mij zei iemand op afwezige toon: “goedemorgen”. Ik stond koffie te tappen en draaide me even half om, nieuwsgierig wie mij dit toewenste. Ik antwoordde dan ook met een waarvan ik dacht vlot en vrolijk “goedemorgen!”. De collega liep me voorbij en keek me niet aan. Blijkbaar was hij diep in gedachten en goedemorgende hij mij gewoon uit automatisme en niet omwille van het maken van een verbinding. Wat dacht ik ook wel zeg? Was ik daar even verkeerd verbonden.
Heel attent van je collega om je een goedemorgen te wensen. Je kunt moeilijk met Jan en alleman een praatje houden bij de koffiemachine.
Daar heb je natuurlijk helemaal gelijk in. Ik verwonderde me slechts over de terloopsheid die eraan te pas kwam. Dat was het ook eigenlijk letterlijk: een terloopse goedemorgen.
Dat terloopse doen we allemaal toch.
Mijn opmerking was vooral sarcastisch.
Dat had ik in de gaten. Een terloopse goedemorgen is eigenlijk meestal attent genoeg.