Achtpotige nachtmerries
Kruipen uit de schaduwen
Jagen de stuipen op mijn lijf
Al bij de gedachte aan zo’n zwarte joekel
Kruipend over mijn hand
Ik zou het werkelijk besterven
Mijn maag draait zich om
Mijn nekharen gaan overeind
Huiveringen schieten langs mijn ruggegraat
Het is primaire afschuw
Panisch maai ik ze uit mijn haren.
Instinctief mep ik ze platter dan plat
Mijn hel krioelt vast van die beesten
Ik weet ook zeker dat ik daar heen ga,
Want ik vertrap ze allemaal!